Bijdrage Cynthia Ortega algemeen overleg staatkundige vernieuwing van het Koninkrijk

vrijdag 09 april 2010 10:00

Mevrouw Ortega-Martijn (ChristenUnie): Voorzitter. Dank u wel. Ook de ChristenUnie heet de gedelegeerden hartelijk welkom. Ik vind het echt heel goed om te zien dat zij massaal gehoor hebben gegeven aan hun recht dat verankerd is in het Statuut.

"Steunen op eigen kracht doch met de wil elkander bij te staan". Een aantal gedelegeerden heeft het er ook al over gehad. De Nederlandse Antillen, bestaand uit zes eilanden, en Suriname werden in 1953 land binnen het Koninkrijk der Nederlanden, een historisch gebeuren. In 1975 is Suriname onafhankelijk geworden en in 1986 heeft Aruba de status aparte gekregen in het Koninkrijk. Niet meer dan 50 jaar later zal het land Nederlandse Antillen worden ontmanteld. Curaçao en Sint-Maarten krijgen ook een autonome status als land en Sint-Eustatius, Saba en Bonaire zullen onderdeel worden van het grondgebied van Nederland in de vorm van openbare lichamen. Met de behandeling van de voorhangende consensuswetsvoorstellen is er weer een mijlpaal bereikt in de voortgang van het transitieproces om te komen tot nieuwe statussen voor de overzeese gebieden. Het staat buiten kijf dat enorm veel werk is verzet. Mijn waardering gaat dan ook uit naar eenieder die zich hiervoor heeft ingespannen. Te weinig wordt beseft dat het hierbij gaat om een knap stukje werk, immers veel vergelijkingsmateriaal om invulling te geven aan dit bijzondere traject is er niet. De verschillende consensusrijkswetten die wij vandaag behandelen, hebben onder andere als doel, de samenwerking tussen de verschillende delen van het Koninkrijk te bestendigen, zodat een aantal cruciale kerntaken zoals rechtshandhaving, gewaarborgd blijven. In het kader hiervan vindt de ChristenUnie het van groot belang dat er een heldere toekomstvisie is voor het Koninkrijk, waarbij er recht wordt gedaan aan het uitgangspunt dat binnen het Koninkrijk alle burgers gelijkwaardig zijn en dat er een oplossing wordt gevonden voor het democratisch deficit. Meerdere malen heb ik daarvoor in debatten gepleit. De staatssecretaris is hiermee aan de slag gegaan. Graag verneem ik van haar de stand van zaken en op welke manier deze toekomstvisie verankerd zal worden. Bij eerdere wetsvoorstellen inzake de nieuwe staatkundige structuur, WolBES en FinBES, heb ik aangegeven te betreuren dat er niet voor gekozen is om een horizonbepaling in die wet op te nemen, maar dat er is volstaan met een evaluatiebepaling. Er is door de minister een toelichting gegeven waarom daarvoor gekozen is. Om een goede evaluatie uit te voeren, moet men wel weten wat er geëvalueerd wordt en met welk doel. Dergelijke beoordelingscriteria ontbreken in de consensuswetsvoorstellen. Zouden de bewindspersonen daar eens op willen reageren? Mogelijk kunnen zij aangeven welke criteria wel in de regeling kunnen worden opgenomen. Ik krijg hierop graag een reactie.

 

De fractie van de ChristenUnie heeft bij de behandeling van de WolBES uitgesproken dat er gewaakt moet worden voor een willekeurige implementatie van Nederlandse wetgeving. In artikel 1, lid 2 staat aangegeven dat er regels kunnen worden gesteld en er andere specifieke maatregelen kunnen worden getroffen met het oog op een aantal factoren waardoor de BES-eilanden zich wezenlijk onderscheiden van het Europese deel van Nederland. De bewindspersonen stellen in de beantwoording in de nota naar aanleiding van het verslag dat er een uitputtende opsomming van de verschillen niet valt te geven en dat er in de nieuwe situatie voldoende rekening moet worden gehouden met de verschillen die bestaan tussen Bonaire, Sint-Eustatius en Saba enerzijds en het Europese deel van Nederland anderzijds. Hoe wordt er echter gewaarborgd dat het gelijkheidsbeginsel niet willekeurig wordt geïnterpreteerd? Dan heb ik het over immaterieel versus materieel. Ik hoor graag van de bewindspersonen of de BES-eilanden bij de totstandkoming van deze specifieke maatregelen en regelingen worden betrokken. Worden zij ook betrokken bij bijvoorbeeld de motiveringsplicht? Worden hiervoor bestuursakkoorden afgesloten, zoals wij die hier in Nederland kennen tussen het Rijk en de VNG? Ik krijg hierop graag een reactie. Daarnaast vraagt mijn fractie zich af of de stem van de BES-eilanden, eenmaal opgenomen in het staatsbestel van Nederland, voldoende zal worden verankerd en gehoord. Verschillende Europese landen, zoals Frankrijk, hebben voor hun eilanden een specifiek gekozen vertegenwoordiger in het nationale parlement. Is een dergelijke constructie in de toekomst denkbaar voor de BES-eilanden? Ook vraagt de ChristenUnie-fractie wat de stand van zaken is ten aanzien van Bonaire. Is er al overeenstemming over de precieze verdeling van taken? Ik krijg hierop graag een reactie. Hoe wordt binnen het Statuut gewaarborgd dat Bonaire de ruimte krijgt om zich definitief uit te spreken over de uitwerking van de gekozen status? Na de evaluatie van de WolBES, die over vijf jaar plaatsvindt, wordt duidelijk wat het perspectief van de BES-eilanden is. Hoe verhouden artikel 1, lid 2 en artikel 54 zich tot deze evaluatie indien bij de evaluatie komt vast te staan dat de Gemeentewet volledig van toepassing wordt? Moet het Statuut hiervoor weer gewijzigd worden of wordt er volstaan met een wijziging van de Grondwet? Ik krijg hierop graag een reactie.

 

In artikel 12a staat: "Bij Rijkswet kunnen voorzieningen worden getroffen voor de behandeling van bij Rijkswet aangewezen geschillen tussen het Koninkrijk en de landen. De fractie van de ChristenUnie vraagt om een toelichting op het tweede deel van dit wetsvoorstel. In de memorie van toelichting wordt niet ingegaan op nut en noodzaak van het bij Rijkswet aanwijzen van geschillen. Aan wat voor geschillen moet er worden gedacht? Wat is trouwens de stand van zaken met betrekking tot het voornemen van de Koninkrijksregering om met een voorstel te komen voor een in het leven te roepen geschillenregeling? Ik krijg hierop graag een reactie.

 

Tot slot spreekt de ChristenUnie het vertrouwen uit dat 10-10-'10 wordt gehaald. Ik hoor graag van de staatssecretaris wat de stand van zaken in het transitieproces is.

 

Labels
Bijdragen
Cynthia Ortega

« Terug

Archief > 2010 > april