Bron: ongecorrigeerd stenogram
Mevrouw Huizinga-Heringa (ChristenUnie): Voorzitter. Wij zouden het huidige decennium kunnen karakteriseren met een midlifecrisis in de ontwikkelingssamenwerking. De vraag wat wij eigenlijk zijn opgeschoten met 50 jaar ontwikkelingssamenwerking, wordt herhaaldelijk gesteld.
Een direct gevolg van deze midlifecrisis is de toenemende nadruk op effectiviteit en efficiency, om resultaten zichtbaar te kunnen maken. Het gaat steeds meer om harde doel-stellingen, indicatoren en de weging daarvan. Kortom, aid heeft iets van business gekregen. Deze reactie vindt momenteel internationaal een methodische uitweg in de millennium deve-lopment goals, die voor 2015 de resultaten al hebben vastgelegd. Op zich lijkt dat voor mijn fractie geen slechte, maar een goede ontwikkeling. Een midlifecrisis kan ook tot goede zaken leiden. Het zou een zegen voor de mensheid zijn als deze doelen zouden worden gehaald. In het kielzog van de millennium goals kwam recent een rapport uit van de Amerikaanse econoom Jeffrey Sachs. Conclusie: voor het eerst in de geschiedenis van de mensheid bestaat de mogelijkheid om de armoede op te lossen. Het geld, de expertise en het instrumentarium daarvoor zijn aanwezig. Het wachten is alleen nog op de politieke wil en op actie.
Het is de vraag of het momentum er nu is. De agenda van Blair zou ons hoopvoller kunnen stemmen dat inderdaad actie wordt ondernomen, maar tegelijkertijd stemt de geschiedenis ons niet hoopvol, want al in de jaren zeventig is de doelstelling van 0,7% afge-sproken, maar het gemiddelde ontwikkelingsbudget in Europa komt nog steeds niet verder dan tot de helft. Nederland heeft daarom een voortrekkersrol te spelen bij het vergroten van de politieke wil om de millennium goals waar te maken, in het bijzonder als hoofdfacilitator van de voorbereiding van de VN-top. Zijn de bewindslieden dat met mij eens?
Uit de veelheid van zaken die aan de orde zouden kunnen komen, neem ik een paar punten. De haalbaarheid van het eerste millennium goal, halvering van extreme armoede en honger, staat onder druk. De trend voor de ontwikkelingslanden als groep is niet goed. Toch heeft de Nederlandse regering gezegd dat deze doelstelling nog haalbaar is. Graag een toelichting daarop.
Er zijn fundamentele problemen zoals de "hunger hotspots" in Afrika en gemargina-liseerde groepen in Azië. De regering is buitengewoon blij met de extra aandacht voor Afrika, al vindt zij dat de passage daarover zou moeten worden aangescherpt. Dat ben ik met de re-gering eens. Wij zijn het ook eens met het feit dat er meer inspanningen en geld voor Afrika nodig zijn, maar mijn fractie maakt zich tegelijkertijd zorgen over de paradox van de inslui-ting in bepaalde landen in Azië. Die insluiting is dan de uitsluiting van de allerarmsten. Ge-marginaliseerde groepen vallen juist in de landen waar het economisch beter gaat, toch weer buiten de boot. India heeft het grootste aantal van de allerarmsten op deze wereld. Is het niet goed om ook daarvoor aandacht te blijven vragen?
De millenniumdoelen 4, 5 en 6, de doelen over gendergelijkheid, een sterke afname van kindersterfte en een sterke afname van moedersterfte, zijn net als alle andere goals van groot belang, maar ook op die punten zijn de huidige trends niet rooskleurig. In sommige lan-den in Afrika is zelfs sprake van een weer toenemende kinder- en moedersterfte. Als dat zo doorgaat, zullen wij de gezondheidsdoelstellingen in 2015 bij lange na niet halen. In dit kader wil ik de vinger even leggen bij de bijzondere aandacht die de regering vraagt voor seksuele en reproductieve rechten en het streven naar een extra target op dit terrein. Dat streven steu-nen wij, maar het bestrijden van hiv/aids kan niet opgaan in een betere verkrijgbaarheid van voorbehoedsmiddelen, want hiv/aids is een breder probleem. De regering zegt dat zelf ook. Het heeft ook te maken met cultuur en verhoudingen tussen man en vrouw. In veel landen, bijvoorbeeld in Afrika, zijn voorbehoedsmiddelen zover buiten de leefwereld en de cultuur dat het aanbieden van voorbehoedsmiddelen geen resultaat heeft bij de bestrijding van hiv/aids. Er zijn landen, bijvoorbeeld Uganda, waarin de regering en de maatschappij er zelf in zijn geslaagd om te komen tot een programma dat buitengewoon opmerkelijke resultaten biedt bij de bestrijding van hiv/aids. Is het niet van groot belang om ook daarvoor aandacht te blijven vragen, bijvoorbeeld voor de methode die in Uganda gebruikt wordt?
In het kader van het behalen van de millennium goals hecht mijn fractie grote waarde aan het kwijtschelden van schulden. Schuldkwijtschelding is een effectieve manier om geld voor armoedebestrijding te mobiliseren. Dat mag niet ten koste gaan van het ODA-budget. Wij zijn sowieso tegen het steeds verder oprekken van de ODA-normen. Dat weet de minister voor Ontwikkelingssamenwerking heel goed, want wij hebben daar regelmatig over gesproken.
Hoe staat het kabinet tegenover het inzetten van IMF-goud en Wereldbankinkomen en -reserves voor de financiering van het kwijtschelden van multilaterale schulden?
Wat nodig is om een werkelijke verbetering te bereiken, is actie en de bereidheid om te delen. Voor ons in het rijke Westen betekent dat de bereidheid om een stap terug te doen en dat is soms het allermoeilijkste wat van mensen gevraagd kan worden. De achtste doel-stel-ling, het sluiten van een mondiaal partnerschap voor ontwikkeling, is wat ons betreft mis-schien nog wel de allerbelangrijkste, want die laat zien dat ontwikkelingssamenwerking geen eenrichtingssolidariteit kan zijn. Het moet een samenwerking zijn. Wij moeten van elkaar willen leren en wij moeten met elkaar optrekken om dat enorme probleem van armoede en alles wat daarmee samenhangt, aan te pakken.
De heer Szabó (VVD): Wat bedoelt u als u zegt dat wij een stap terug moeten zetten?
Mevrouw Huizinga-Heringa (ChristenUnie): Als wij de mensen in de armere landen werkelijk een kans willen geven, dan zullen wij op verschillende gebieden een stap terug moeten zetten. Dat heeft te maken met het opheffen van handelsbarrières en allerhande zaken waarvan wij vrezen dat die een negatief effect voor onze economie zullen hebben, maar die andere landen tegelijkertijd een grotere kans zullen geven. Ik noem één voorbeeld, maar dat is in feite op veel terreinen het geval.
Vele woordvoerders hebben al gesproken over de hervorming van de VN. Ook wat de ChristenUnie-fractie betreft zou de Commissie voor de Rechten van de Mens moeten worden veranderd in een Raad voor de Rechten van de Mens. Die raad zou op gelijke voet moeten staan met de Veiligheidsraad. Er moeten dan ook betere criteria worden gesteld aan deelname in die raad dan op dit moment voor de Commissie voor de Rechten van de Mens gelden. Samenwerking tussen de Raad voor de Rechten van de Mens en de Veiligheidsraad lijkt ons een goede uitgangspositie om te komen tot een werkelijke aanpak van veel haarden van problemen op deze wereld.
Reacties op 'Bijdrage debat Nederlandse inzet VN-Milleniumtop'
Geen berichten gevonden
Log in om te kunnen reageren op nieuwsberichten.