Inbreng verslag (wetsvoorstel) Carola Schouten inzake de Wet banenafspraak en quotum arbeidsbeperkten

woensdag 08 oktober 2014 00:00

Inbreng verslag (wetsvoorstel) van ChristenUnie Tweede Kamerlid Carola Schouten als lid van de vaste commissie voor Sociale Zaken en Werkgelegenheid ten behoeve van de Wet banenafspraak en quotum arbeidsbeperkten

Onderwerp:   Wijziging van de Wet financiering sociale verzekeringen in verband met een heffing bij het niet voldoen aan de quotumdoelstelling (Wet banenafspraak en quotum arbeidsbeperkten)

Kamerstuk:    33 981          

Datum:           8 oktober 2014

De leden van de ChristenUnie-fractie hebben kennis genomen van het wetsvoorstel Wet banenafspraak en quotum arbeidsbeperkten. Genoemde leden willen graag de onderstaande vragen ter beantwoording aan de regering voorleggen.

Algemeen

De leden van de ChristenUnie-fractie vragen welke inschatting de regering maakt ten aanzien van de risico’s van stigmatisering van de doelgroep die onder de quotumregeling valt. Kan de regering toelichten hoe mogelijke nadelige effecten van stigmatisering worden voorkomen, zo willen deze leden weten.

De leden van de ChristenUnie-fractie vragen in hoeverre de regering verwacht dat de doelstellingen in de banenafspraak worden gehaald. Kan de regering in een onderbouwde reactie geven op de vraag of er genoeg kwantitatief potentieel beschikbaar is om de doelstelling van 125.000 arbeidsplekken voor mensen met een beperking te behalen, zo willen deze leden weten.

De leden van de ChristenUnie-fractie willen weten op welke wijze voorkomen wordt dat het wetvoorstel leidt tot verdringing van andere groepen op de arbeidsmarkt, zoals mensen uit de Participatiewet die niet onder de quotumregeling vallen en de personen in de WAO/WIA.

De regering geeft aan dat de quotumheffing voor de marktsector, na overleg met sociale partners en gemeenten, wordt geactiveerd. De leden van de ChristenUnie-fractie vragen om een toelichting of dit inhoudt dat de mogelijkheid bestaat om de quotumheffing niet te activeren, ondanks dat de doelstelling niet behaald is. Welke criteria worden dan toepast om aan de hand van de genoemde onderwerpen voor het overleg te besluiten om toch niet over te gaan tot het activeren van de quotumheffing, zo willen deze leden weten. Genoemde leden vragen om een nadere toelichting of instemming van alle betrokken noodzakelijk is voor het activeren van de quotumheffing. Op welke wijze informeert de regering de Kamer over de uitkomsten van het overleg, zo willen deze leden weten.

De leden van de ChristenUnie-fractie willen weten waarom de regering er voor heeft gekozen dat de quotumheffing slechts per wetswijziging kan worden ingetrokken als de banenafspraak op een later moment alsnog wordt gehaald, terwijl de inwerkingtreding per besluit wordt geregeld.

De leden van de ChristenUnie-fractie vragen de regering om een nadere toelichting waarom de quotumheffing van 5000 euro voor werkgevers een voldoende prikkel zal vormen om mensen uit de doelgroep aan te nemen. Kan de regering onderbouwen hoe dit zich tot de wervings- en aanpassingskosten verhoudt, zo willen deze leden weten.

De leden van de ChristenUnie-fractie vragen hoe bij de quotumheffing rekening wordt gehouden met verschillen tussen sectoren en de regionale arbeidsmarkten.

Uitvoering

Actal en VNG wijzen op het belang van de communicatie naar de werkgevers toe, aangezien de werking van de quotumheffing complex is. Hoe gaat regering dit vormgeven, zo vragen de leden van de ChristenUnie-fractie. Deze leden willen weten of de regering bijvoorbeeld de concrete aanbevelingen Actal ten aanzien van de communicatie overneemt. Zo nee, waarom niet?

In de reactie op het ontwerpbesluit wijst het UWV er op dat er onvoldoende juridische grondslag is voor de jaarlijkse levering van gegevens met BSN aan het nog aan te wijzen onderzoeksbureau. De leden van de ChristenUnie-fractie vragen om een toelichting of de door het UWV gewenste grondslag is opgenomen in het wetsvoorstel.

Artikelsgewijs

Artikelen 114, 115 en 118

De leden van de ChristenUnie-fractie stellen vast dat de quotumheffing ten gunste komt van het Arbeidsongeschiktheidsfonds. Bij algemene maatregel van bestuur kunnen regels worden gesteld over het overhevelen van middelen uit dit fonds behoeve van rijksgefinancierde regelingen zoals financiering van de uitkeringen en re-integratievoorzieningen op grond van de Wajong en de Participatiewet. De regering geeft aan dat van deze mogelijkheid gebruik kan worden gemaakt als bij activering van het quotum een financiële meeropbrengst wordt verwacht ten opzichte van de ingeboekte besparingen als gevolg van de baangarantie.

Genoemde vragen waarom de regering er niet voor kiest om de opbrengsten van de quotumheffing automatisch ten goede te laten komen van de re-integratievoorzieningen op grond van de Wajong en de Participatiewet, zodat de doelgroep waar de banenafspraak en het quotum zich op richten er ook van profiteert.

Artikel 122l

De leden van de ChristenUnie-fractie constateren dat de quotumheffing pas na instemming van de ministerraad kan worden ingevoerd. Deelt de regering de conclusies van de genoemde leden dat er dus de mogelijkheid bestaat dat de quotumheffing niet wordt ingevoerd, terwijl er niet aan de banenafspraak is voldaan?

Kan de regering toelichting welke criteria toepast zullen worden om al dan niet te besluiten tot invoering van de quotumheffing, zo vragen deze leden. Deze leden willen weten waarom de regering er niet voor kiest om het besluit ook aan de Kamer voor te leggen.

Voor meer informatie: www.tweedekamer.nl.

Labels
Bijdragen
Carola Schouten
Sociale Zaken
Werkgelegenheid

« Terug

Archief > 2014 > oktober