Leen van Dijke voorziet ernstige problemen in scheepsbouw zonder financiële steun

Leen van Dijke heeft de Vaste Kamercommissie voor Economische Zaken voorgesteld om de minister met spoed om een standpunt te vragen inzake de steun aan de scheepsbouw: “Minister Heinsbroek moet snel duidelijkheid geven aan de scheepsbouwsector over financiële steun. Zoniet, dan gaan er orders aan de neus van de scheepswerven voorbij. Sommige bedrijven hebben al personeel moeten ontslaan".

De actie van Leen van Dijke wordt mede ingegeven door de gewijzigde Europese regelgeving. Per 1 oktober 2002 mogen de lidstaten de scheepsbouw namelijk weer financiëel ondersteunen. “Je ziet nu dat Duitsland en Italië hun werven al steun hebben toegezegd, terwijl de Nederlandse werven niet weten waar ze aan toe zijn. Van der Giessen bijvoorbeeld heeft al aangekondigd dat de werf bijna 800 personeelsleden moet ontslaan. Dat is ernstig genoeg om aan te dringen op spoed”.

Al enige tijd voert de minister overleg met Brussel over een speciale regeling voor de scheepsbouw - een garantie- en participatiefonds. Het is nog onduidelijk of die regeling wordt goedgekeurd. “Maar als directe staatssteun nu weer wordt toegestaan door de Europese Commissie, waarom kan de Nederlandse regering dan niet nu al duidelijk maken wat ze van plan is?” Van Dijke vindt dat staatssteun in principe niet nodig behoort te zijn: “Maar als Nederland het braafste jongetje van de Europese klas wil zijn, brengt het een hele bedrijfstak in de knel. We moeten zuinig zijn op de Nederlandse scheepsbouwtraditie.”