Bijdrage Ed Anker aan het plenaire debat bestrijding voetbalvandalisme

woensdag 18 maart 2009 17:00

De heer Anker (ChristenUnie):

Voorzitter. Ik dank de bewindspersonen voor hun beantwoording in eerste termijn.

Ik ben tevreden met veel antwoorden. Ik heb gevraagd naar de visie op de openbareordeportefeuille van de burgemeesters. Het is goed om te horen dat die er snel komt. Dat is belangrijk, want dat was ook een van de belangrijkste kritiekpunten van de Raad van State op het wetsvoorstel. Ook goed is de toezegging om de twee wetswijzigingen over twee jaar te evalueren. Dat is eigenlijk heel snel, want over het algemeen is drie jaar gebruikelijk. Het betreft dan ook zaken die zich in de praktijk snel moeten kunnen bewijzen.

Er is een brief toegezegd waarin uiteen wordt gezet hoe wordt omgegaan met bijzondere voorwaarden. Dat is belangrijk, want wat wij hier bespreken, vormt het antwoord op veel voorkomende openbareordeproblemen, bijvoorbeeld zoals wij die het afgelopen jaar in Gouda zagen. Het is duidelijk dat wij aan gemeenten die ermee moeten werken, kunnen communiceren wat allemaal mogelijk is, en aan burgers dat wij niet hebben stilgezeten, maar wel degelijk meer dingen mogelijk gemaakt hebben.

Mevrouw Ouwehand (PvdD):

Ik heb de vragen van de ChristenUnie-fractie in eerste termijn gehoord. Ik kon mij daarin vinden. De kritiek van de Raad van State dat er geen duidelijkheid is over de openbareordeportefeuille, heeft inderdaad betrekking op dit wetsvoorstel. Nu zegt het kabinet dat die visie snel komt, maar wij stemmen volgende week al over dit wetsvoorstel. Het lijkt mij zorgvuldig dat wij een goed beeld krijgen van de portefeuille van de burgemeester en de bestaande bevoegdheden, voordat wij de volgende stap zetten. Zou u mij daarin willen steunen?

De heer Anker (ChristenUnie):

Nee, dat doe ik niet. Toen de kwestie van de openbareordeportefeuille is aangekaart, is gezegd dat een visie gaat worden ontwikkeld. Nu is echter een aantal wetsvoorstellen in behandeling. Dit is het derde in die rij. Dat is een duidelijke afspraak. Iedereen weet waar hij aan toe is. Ik was er wel kritisch over dat er nog een aantal amendementen ligt, met name die twee over de avondklok, dat de openbareordeportefeuille weer oprekken en ook sterk vermengen met zaken die met jeugdzorg te maken hebben. Ik vind dat wij dit nu niet moeten doen. Ik vraag mij zelfs af of wij dat überhaupt moeten doen. Wij kunnen instemmen met het wetsvoorstel zoals het er nu ligt.

Ik kom te spreken over de Betaald Voetbal Organisaties. Ik heb zojuist gevraagd wie de verantwoordelijkheid neemt voor de veiligheid; de gemeente buiten het stadion en de organisaties binnen het stadion. Wij hebben bij de voorbereiding op de behandeling van dit wetsvoorstel van het Auditteam Voetbalvandalisme, dat ook een rapport heeft geschreven, gehoord dat de laatste tijd de klad lijkt te komen in het aantal preventieve projecten voor supporters. Wil de minister daar scherp op blijven? Het gaat nu misschien goed, maar wij moeten geen last krijgen van het Ajax-syndroom, dat wij na alle successen arrogant gaan worden en denken dat het allemaal vanzelf goed komt.

Ik herhaal nog even de kritiek die mijn fractie heeft op de amendementen op stukken nrs. 14 en 15, in het bijzonder die van collega Kuiken, hoe vaak wij ook samen optrekken. Volgens mij is het een fundamentele fout om openbareordeproblemen te bestrijden met opvoedingsondersteuningsmaatregelen. Het gaat om ondersteuning. Ze kunnen als voorwaarden worden gesteld, maar nooit zomaar als straf worden ingezet. Daar zou de burgemeester ook niet over moeten gaan. Dat moet altijd via de band van de jeugdzorg en de Raad voor de Kinderbescherming. Daar heb ik mevrouw Kuiken niet over gehoord.

Mevrouw Kuiken (PvdA):

U hebt het continu over straffen. Wie pak ik nu met de maatregel in mijn amendement, de kinderen of de ouders?

De heer Anker (ChristenUnie):

U pakt de ouders.

Mevrouw Kuiken (PvdA):

Waarom spreekt u dan continu over het straffen van 12-minners, terwijl u zelf heel duidelijk zegt dat het hierbij gaat om een bevoegdheid om ouders aan te spreken op hun gedrag en om, als dat nodig mocht zijn, vervolgstappen te nemen op basis van gedragsaanwijzingen? De kinderen blijven buiten schot. Het enige wat het amendement beoogt, is dat die ouders daadwerkelijk voor hun kinderen zorgen en ervoor zorgen dat ze op tijd thuis zijn en uit handen blijven van 14-, 15-, 16-jarige jongens omdat ze zich ophouden op plekken waar wij niet zouden willen.

De heer Anker (ChristenUnie):

Kinderen onder de twaalf jaar zijn heel kwetsbaar. Je kunt niet zeggen dat zij er niet veel van merken als hun ouders in een traject van gedwongen opvoedingsondersteuning terechtkomen. Zij zullen merken dat de macht wordt overgenomen. Nederland heeft in Genève kritiek gekregen op de naleving van het kinderrechtenverdrag. In Nederland worden problemen met de openbare orde heel vaak gemixt met de problemen met jeugdigen. Dit is daar een klassiek voorbeeld van. Er is een probleem met de openbare orde en er lopen kinderen op straat. Wij willen niet dat zulke jonge kinderen na een bepaald tijdstip nog op straat zijn. En dat gaan wij dan tegen door de ouders daarvoor strafbaar te stellen en opvoedingsondersteuning in de schoenen te schuiven. Dat is een veel te rigoureuze maatregel voor zoiets kwetsbaars als een gezin.

Mevrouw Kuiken (PvdA):

Wij stellen voor om de burgemeester de bevoegdheid te geven om tegen ouders te zeggen dat zij ervoor moeten zorgen dat hun kinderen op een bepaald tijdstip niet meer alleen op straat lopen. In sommige wijken lopen nu zeer jonge kinderen nog laat op straat. Jongetjes van tien of elf jaar gaan om met jongetjes van veertien en vijftien jaar en hangen op bepaalde plekken rond. Wij willen dat de ouders daarop worden aangesproken. Er is geen sprake van een strafbaar feit. Er is ook geen omvangrijk pakket opvoedingsmaatregelen. Wij willen simpelweg dat ouders op hun verantwoordelijkheid worden aangesproken. Op het moment dat de burgemeester moet constateren dat zo'n simpele maatregel niet werkt, kom je in zwaardere trajecten terecht en komt de rechter om de hoek kijken. Dit is een poging om erbij te zijn op het eerste moment dat het fout gaat.

De heer Anker (ChristenUnie):

Ik ben het absoluut niet eens met collega Kuiken. Zij wil dit in een wet regelen. De burgemeester kan een bevel geven. Als het bevel wordt overtreden, kan er een straf volgen. Er is zojuist besproken dat daar al straffen voor zijn en dat arsenaal wil mevrouw Kuiken uitbreiden. De aanpak die zij nu voorstelt, hebben wij een aantal weken geleden besproken. De politie constateert dat kinderen 's avonds laat nog op straat lopen en brengt de kinderen terug naar de ouders met de mededeling dat het niet normaal is dat hun kinderen zich nog zo laat op straat bevinden. Daarvan wordt melding gemaakt bij het Bureau Jeugdzorg. Vervolgens is het aan Bureau Jeugdzorg om na te gaan wat er in dat gezin precies gebeurt. Daar onderzoekt men of dit stelselmatig gedrag is en of hier iets aan gedaan moet worden. Daar zijn helemaal geen wettelijke bevoegdheden voor nodig. Bureau Jeugdzorg en de politie hebben voldoende verantwoordelijkheden om hier tegen op te treden. Met een avondklok en een bevel van de burgemeester maak je het veel te zwaar.

Labels
Bijdragen
Ed Anker

« Terug

Reacties op 'Bijdrage Ed Anker aan het plenaire debat bestrijding voetbalvandalisme'

Geen berichten gevonden

Log in om te kunnen reageren op nieuwsberichten.

Archief > 2009 > maart