De heer Slob (ChristenUnie) vindt het positief dat de Kamer en de minister bereid zijn om de Flora- en faunawet aan te passen aan de dagelijkse realiteit, maar is bang dat het oor-spronkelijke doel van de wet uit het oog wordt verloren. Hij complimenteert de minister met zijn pogingen om in overleg met de verschillende partijen tot een gezamenlijk standpunt te komen ter overbrugging van de tegenstellingen. Aan het oude beleidskader zijn slechts twee alinea’s inzake de concrete uitvoering van regels en de term populatiebeheer toegevoegd. Worden met de in de brief van 3 december jl. genoemde knelpunten de meningsverschillen tussen de betrokken partijen bedoeld?
Partijen zijn het er unaniem over eens dat het de voorkeur verdient om de problema-tiek van de vos, de kauw en de zwarte kraai aan te pakken via ontheffingen op basis van fbp’s. Deze werkwijze doet recht aan de systematiek van de wet. Waarom wordt deze aanpak pas per eind 2004 in de praktijk gebracht? Is de minister voornemens om de kauw en de zwarte kraai op de landelijke vrijstellingslijst te plaatsen totdat de fbp’s operationeel worden, dus tijdelijk en tot eind 2004?
Populatiebeheer mag geen doel op zichzelf worden. Een populatie groeit en krimpt naar gelang van het voedselaanbod. In dat natuurlijke proces mag niet teveel worden ingegrepen. Afschot in het kader van populatiebeheer mag dus pas worden toegestaan zodra de populatie schade veroorzaakt. Bevat de huidige definitie van populatiebeheer inderdaad meer mogelijkheden tot afschot?
Door plaatsing van dieren op de landelijke vrijstellingslijst is het moeilijk om inzicht te verwerven in de omvang en plaats van aangerichte schade. Gerichte bestrijding is zodoende ook niet mogelijk, terwijl het wel efficiënter is. Wordt er geëvalueerd op welke plaatsen in het land schade wordt aangericht?
Jacht mag in natuurgebieden plaatsvinden op voorwaarde dat de soorten waarvoor het gebied is aangewezen, niet in het gebied aanwezig zijn. Het feit dat dit mogelijk is, wijst erop dat beschermde soorten niet in stand zijn gehouden en dat Nederland zijn internationale ver-antwoordelijkheden niet is nagekomen. In dat geval is het ook overbodig om het betreffende gebied onder het beschermende regime te laten vallen, want er is toch al geen sprake meer van jacht in een natuurgebied. Is het dan niet logischer om jacht in natuurgebieden toe te staan op voorwaarde dat de soorten waarvoor het gebied is aangewezen, niet worden gestoord?
Kennelijk is het moeilijk om ganzen en smienten te verjagen en eventueel af te schieten tot het moment dat de foerageergebieden zijn aangewezen. Er dient tijdig te worden gezorgd voor uitwijkmogelijkheden voor dieren, want alleen dan is verjaging effectief. Klopt het dat dankzij het huidige beleidskader afschot gedurende een langere periode en voor meer uren per dag mogelijk is dan tijdens het oude jachtseizoen?
Reacties op 'Algemeen Overleg Beleidskader Flora- en Faunawet'
Geen berichten gevonden
Log in om te kunnen reageren op nieuwsberichten.