Verslag Wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen

donderdag 28 april 2005 08:53

Door: Tineke Huizinga-Heringa
           
Algemeen
De leden van de fractie van de ChristenUnie hebben met belangstelling kennis genomen van het voorliggende wetsvoorstel. De Wet WIA heeft een ingrijpend karakter, omdat het een breuk vormt met de bestaande arbeidsongeschiktheidswetgeving. Deze leden hebben in het recente verleden al meermalen op hoofdlijnen aangegeven wat hun positie is in dit dossier. Zij stellen zich zeer kritisch op ten opzichte van de kabinetsplannen. Het voorliggende wetsvoorstel willen zij uiteraard ook vanuit deze optiek beoordelen.
In dit stadium hebben de leden van de fractie van de ChristenUnie veel vragen over de inhoud van het wetsvoorstel. Die willen zij in het vervolg van hun inbreng graag aan de indiener voorleggen.
 
De doelstelling van het voorliggende wetsvoorstel, activering van arbeidsgeschiktheid en in-komensbescherming bij arbeidsongeschiktheid, onderschrijven de leden van de fractie van de ChristenUnie. Zij leggen de regering de vraag voor in welke mate de huidige wetgeving op die onderdelen, en dan vooral het eerste, tekort schiet. Worden gedeeltelijke arbeidsonge-schikten onder de werking van de huidige wet niet ook al zoveel mogelijk gestimuleerd betaald werk te zoeken? En is er in de eerste twee ziektejaren nog veel winst te boeken voor wat betreft activering? Zo ja, kan dat nader worden onderbouwd?
 
De leden van de fractie van de ChristenUnie hebben er kennis van genomen dat een groot aantal onderdelen van het wetsvoorstel in gedelegeerde regelgeving moeten worden uitgewerkt. Bovendien zullen in het nog in te dienen wetsvoorstel Invoeringswet WIA niet alleen veel technische, maar ook inhoudelijke zaken moeten worden geregeld. Dat maakt het er niet gemakkelijker op het voorliggende wetsvoorstel te beoordelen. Kan de regering een schematisch overzicht maken van regelgeving die nog verwacht kan worden in het kader van de Wet WIA, inclusief de Invoeringswet?
 
Door de Raad van State is de vraag opgeworpen of de Wet WIA een zodanige toegevoegde waarde heeft ten opzichte van het geldende en onlangs reeds ingrijpend aangepaste, wettelijke stelsel, dat daarmee een wijziging van dat stelsel op korte termijn kan worden gerechtvaar-digd. Wat de leden van de fractie van de ChristenUnie betreft is dit een zeer belangrijke vraag. Heeft de regering sterke aanwijzingen dat de financiële lasten die samenhangen met de WAO door de recente wijzigingen niet voldoende beheersbaar kunnen worden gehouden? Zo ja, wil de minister de Kamer daarover dan nader informeren? Als al moet worden overgegaan tot de beoogde ingrijpende stelselwijziging dringt de vraag zich op of dat op een zo korte ter-mijn moet als de regering wil. Het UWV heeft in het voortraject aangegeven de Wet WIA per 1 januari 2006 te kunnen uitvoeren als in de parlementaire behandeling geen substantiële wijzigingen worden doorgevoerd. Alleen al dit gegeven zou wat de leden van de fractie van de ChristenUnie betreft aanleiding moeten zijn om af te zien van invoering op 1 januari 2006. Zij vinden het een kwalijke zaak als het parlement op deze wijze buitenspel dreigt te worden gezet. In dit verband informeren zij bij de indiener of hem bekend is wat het UWV bedoelt met “substantiële wijzigingen”.
 
In de inleiding van de memorie van toelichting stelt de minister dat Nederland zich van het buitenland onderscheidt, niet zozeer in het totale aantal uitkeringsgerechtigden, maar vooral door het aandeel arbeidsongeschikten daarin. Terecht beschouwt de regering dat als een groot probleem. Het is de leden van de fractie van de ChristenUnie opgevallen dat de minister in dit kader niet ingaat op het onderscheid in wet- en regelgeving tussen Nederland en andere lan-den. Wil hij dat alsnog doen en dan met name ingaan op de vraag in welke mate het maken van onderscheid tussen risque professionel en risque social in andere landen daarbij een rol speelt? Is de aanwezigheid van dat verschil in de wetgeving in ons omringende landen niet de hoofdoorzaak van het relatief lagere aandeel arbeidsongeschikten in andere landen? Kan de regering helder aangeven waarom aansluiting op dat punt bij andere landen in ons land geen serieuze optie is? Om misverstanden te voorkomen: deze leden bepleiten hier niet het onder-scheid tussen risque professionel en risque social weer in te voeren, maar zij hechten eraan expliciet van de regering te vernemen waarom dat bij een breuk met de bestaande arbeids-ongeschiktheidswetgeving niet in beeld is. De leden van de fractie van de ChristenUnie verzoeken de regering in het verlengde hiervan aan te geven of het wetsvoorstel in alle op-zichten voldoet aan verdragrechtelijke verplichtingen, waaraan Nederland is gebonden. Is dit wetsvoorstel ter toetsing voorgelegd aan het Internationale Arbeidsbureau? Zo nee, waarom niet?
 
In het nieuwe stelsel geeft de regering bij gedeeltelijke arbeidsgeschiktheid prioriteit aan de activering van de arbeidsgeschiktheid. Dat is wat de leden van de fractie van de ChristenUnie betreft vanzelfsprekend. Zij gaan ervan uit dat in de huidige wetgeving datzelfde uitgangspunt geldt. Het verschil is alleen dat onder de werking van de voorliggende wet dit uitgangspunt ertoe leidt dat de betreffende personen hun uitkering verliezen, en niet alleen hun arbeidson-geschiktheidsuitkering, maar– na gebruikmaking van eventuele WW-rechten – elke vorm van uitkering, gelet op de inkomens- en vermogenstoets in de WWB. Onderschrijft de minister dat de huidige WAO ook reïntegratie en activering van arbeidsgeschiktheid als uitgangspunt heeft, maar dat het belangrijkste verschil met de nieuwe wet het verlies van uitkering betreft? Wil de minister in dit kader ingaan op de vraag welke zin het heeft mensen financieel te prikkelen betaald werk te zoeken of te aanvaarden, terwijl dat betaalde werk er veelal niet is?
 
De aanbevelingen van de Commissie Donner en de SER
De leden van de fractie van de ChristenUnie stellen het op prijs dat de regering in de memorie van toelichting tamelijk uitvoerig ingaat op de adviezen van de Commissie Donner en de SER. Zij vragen de regering om een schematisch overzicht van de verschillen tussen deze adviezen en het kabinetsstandpunt, zodat die “in één oogopslag” zichtbaar zijn.
Deze leden vragen los hiervan in hoeverre de analyses van de Commissie Donner en de SER aan actualiteit hebben ingeboet, gelet op de recente ontwikkelingen rond de Wet Verbetering Poortwachter en de Wet verlenging loondoorbetalingsverplichting bij ziekte 2003.
 
Inkomensbescherming
In zijn advies stelt de Raad van State dat het blijven hanteren van het criterium van de resterende verdiencapaciteit op gespannen voet staat met het uitgangspunt dat aan de WIA ten grondslag ligt, te weten het benutten van het resterende arbeidsvermogen. De Raad meent dat niet het inkomensverlies beslissend behoort te zijn, maar het resterende arbeidsvermogen. De leden van de fractie van de ChristenUnie verzoeken de regering deze keuze nader te onderbouwen. Welke nadelen zijn verbonden aan de keuze het resterende arbeidsvermogen als uitgangspunt te nemen? Zou dat tot ingrijpende budgettaire gevolgen leiden? Klopt het dat de lagere inkomensgroepen sneller in WGA kunnen belanden dan mensen met een hoger inkomen, terwijl ze dezelfde beperking ten gevolge van handicap of ziekte hebben? Zo ja, vindt de regering dat rechtvaardig?
 
De begrippen ziekte en objectiviteit
De leden van de fractie van de ChristenUnie constateren dat in het nieuwe stelsel bepalend is welke aantoonbare beperkingen men in de arbeid ondervindt door een ziekte (MvT, p. 26). Het verbaast hen dat aansluitend in de toelichting wordt gemeld dat de verzekeringsgenees-kundige beoordeling “daarom” begint met het objectief vaststellen van de ziekte, temeer omdat in één adem de definitie van ziekte van de WHO wordt genoemd. Er zijn ziekten, zoals ME/CVS, die door de WHO wel als ziekte zijn erkend, maar die niet of moeilijk objectiveer-baar zijn. Kan de regering hierover meer duidelijkheid geven? Gaat het nu om aantoonbare beperkingen die rechtstreeks voortvloeien uit de ziekte of om de objectieve aantoonbaarheid van de ziekte als zodanig? Zij informeren aansluitend welke relevantie de oorzaak van de ziekte heeft. In de toelichting schrijft de regering dat de vermelde noties met betrekking tot begrippen als ziekte en objectiviteit “in essentie niet anders” zijn dan die ten grondslag liggen aan de huidige regelgeving onder de WAO. Kan expliciet worden aangegeven welke verschillen er zijn?
 
Het arbeidsongeschiktheidscriterium voor volledige en duurzame arbeidsongeschiktheid
De leden van de fractie van de ChristenUnie juichen het toe dat de regering de oorspronkelijke benadering op dit punt – die wel erg rigide was t.o.v. het SER-advies - heeft losgelaten. Wat heeft de regering daartoe gebracht?
Deze leden gaan ervan uit dat de gekozen indeling in drie categorieën ( <35%, 35-80%, > 80%) er in de praktijk toe kan leiden dat de keuringspraktijk zwaar onder druk komt te staan. Zij onderschrijven de analyse van de Raad van State op dit punt. Het feit dat het finale oordeel in handen van de beslissingsautoriteit valt neemt niet weg dat keuzes op het grensvlak van een van de categorieën zeer moeilijk zullen zijn, gezien de ingrijpende gevolgen die die keuzes met zich meebrengen.
 
WGA
De leden van de fractie van de ChristenUnie vinden de WGA een uiterst complexe regeling, waarop ook inhoudelijk ook het nodige is af te dingen. In dit kader vragen de leden van de fractie van de ChristenUnie aandacht voor de positie van werkgevers die WAO’ers in dienst hebben. Er zijn bedrijven die functies voor WAO’ers hebben gecreëerd, waaraan een maximale loonwaarde is gekoppeld. Onder de werking van de wet WIA zal het er in de praktijk op neerkomen dat een groot deel van deze populatie met ontslag wordt geconfronteerd. Of herkent de regering zich niet in dat sombere scenario? Als dat zo is, kan dat dan worden toegelicht?
 
Het claimbeoordelingsproces
De leden van de fractie van de ChristenUnie zijn beducht voor gevolgen van de invoering van een hybride stelsel. Zijn niet veel bezwaar- en beroepsprocedures te verwachten en zal hierdoor niet juist een tendens tot medicaliseren ontstaan? Voor wat betreft de indicatieve lijst met ziektes verzoeken zij de minister te reageren op de bezwaren die hiertegen door o.a. de NVAB naar voren zijn gebracht (miskenning van het principe van de arbeidsbelastbaarheid van het individu en risico van medicalisering/claimcultuur – zie inbreng NVAB in rondetafelgesprek 14 april 2005, p.2). Deze leden informeren of de Kamer de betreffende ministeriële regeling kan ontvangen.
 
Periodieke herbeoordelingen
Het is de leden van de fractie van de ChristenUnie niet helemaal duidelijk welk regime zal gaan gelden voor periodieke herbeoordelingen. Het is de bedoeling dat het UWV gedurende vijf jaar bij de groep volledig arbeidsongeschikten met een geringe kans op herstel jaarlijks zal onderzoeken of dit herstel inderdaad al is opgetreden. Op pagina 30 van de memorie van toelichting staat dat ook na vijf jaar een oproep voor een professionele herbeoordeling gedaan kan worden. Klopt het dat dit niet in lijn is met het advies van de Commissie Donner? Hoe verhoudt dit zich tot de opmerking op pagina 35, dat deze categorie “gedurende maximaal vijf jaar” jaarlijks zal worden herbeoordeeld?
 
Reïntegratie
De leden van de fractie van de ChristenUnie vinden dat de beoogde stelselherziening heel moeilijk is te verdedigen als die niet gepaard gaat met een adequaat reïntegratiebeleid. Zij in-formeren welke positieve invloed in dit opzicht van de Wet WIA moet uitgaan. Zij maken zich zorgen om de werknemers wier werkgever eigenrisicodrager is. Welke waarborgen heb-ben zij op grond van de nieuwe wetgeving dat serieus werk wordt gemaakt van hun reïnte-gratie? Voorts vragen deze leden waarom mensen die voor meer dan 80% arbeidsongeschikt zijn verklaard geen wettelijk recht hebben op ondersteuning bij reïntegratie.
 
Flexibele keuringen
De leden van de fractie van de ChristenUnie zijn er niet van overtuigd dat er minimale en maximale termijn moeten worden geïntroduceerd in het kader van de flexibele keuring. Kan die rigide aanpak nader worden toegelicht? En waarom kan de flexibele herkeuring pas in 2008 zijn beslag krijgen?
 
Sanctiebeleid
De leden van de fractie van de ChristenUnie vragen om meer inzicht in de concrete sanctiemogelijkheden voor eigenrisicodragers. Welke lastenverzwaring zal de voorgeschreven bezwaarprocedure met zich meebrengen?
 
Uitvoering
De leden van de fractie van de ChristenUnie constateren dat van veel kanten is gewezen op het complexe karakter van het wetsvoorstel en de daarmee samenhangende problemen in de sfeer van de uitvoering. De Raad van State vindt dat mede om die reden spoedige invoering moet worden heroverwogen. Heeft de regering overwogen te kiezen voor een minder complexe opzet en zo ja, waarom is daarvan afgezien?
Verwacht de regering dat de structurele uitvoeringskosten van de Wet WIA lager zullen uitvallen dan die van de WAO? Zo ja, waarop is die verwachting gebaseerd? Is hierbij ook verdisconteerd dat een belangrijk deel van de IVA-populatie frequent – jaarlijks gedurende de eerste vijf jaren - zal worden herbeoordeeld? Is het overleg met het UWV over verschillen in de wijze van beoordelen van de verschillende doelgroepen inmiddels afgerond? Zo nee, wanneer moet dat uiterlijk zijn gebeurd om een verantwoorde invoering van de Wet WIA op 1 januari 2006 mogelijk te maken?
 
Financiële consequenties
De leden van de fractie van de ChristenUnie zouden graag inzicht krijgen in de besparingen ten gevolge van respectievelijk de Wet Verbetering poortwachter, de Wet Verlenging loon-doorbetalingsverplichting bij ziekte 2003 en het nieuwe Schattingsbesluit. Welke additionele besparingen brengt de Wet WIA naar verwachting met zich mee? Op grond van welk onder-zoek wordt rekening gehouden met de beoogde besparingen ten gevolge van de Wet WIA? Hoe zijn de verschillen in de berekeningen van het CPB en die in de memorie van toelichting te verklaren?
 
Premies en fondsen
De leden van de fractie van de ChristenUnie vragen om een overzicht van de fondsen en de premies waaruit ze worden gevoed. Hoe zal de financiering van de uitkering voor de volledig arbeidsongeschikten na 2007 plaatsvinden, als de financiering niet meer plaatsvindt uit het Aof? Wanneer wordt de werkhervattingskas opgericht? Welke gevolgen heeft een massale overstap van werkgevers naar private verzekeraars voor de vermogens van de fondsen?
 
Uitvoering en privatisering
De leden van de fractie van de ChristenUnie vragen of de regering rekening heeft gehouden met een scenario waarin bedrijven er massaal voor kiezen eigenrisicodrager te worden. Dat zal ongetwijfeld een negatief effect hebben voor de premies van de werkgevers die dat niet doen. Kan met andere woorden in alle redelijkheid wel de verwachting worden uitgesproken dat de premies op termijn lager zullen worden?
 
Artikelen
6.1.2
Het is de leden van de fractie van de ChristenUnie niet duidelijk waarom in artikel 6.1.2, eerste lid, een termijn van vijf jaar wordt genoemd. Zij realiseren zich dat daarmee wordt aangesloten op de huidige regelgeving, maar die hebben zij op dit punt ook nooit begrepen. Kan dit worden beargumenteerd? Dezelfde vraag stellen zij met betrekking tot de artikelen 6.1.4, 7.1.2 en 7.1.4. Kan aansluitend de termijn van vier weken in artikel 6.1.2, eerste lid, onderdeel c, worden toegelicht?
 
Labels
Bijdragen

« Terug

Reacties op 'Verslag Wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen'

Geen berichten gevonden

Log in om te kunnen reageren op nieuwsberichten.

Archief > 2005 > april